Ontstaansgeschiedenis

De wortels van OWASE liggen bij het bedrijf Wavin. Wavin is een bedrijf dat, behalve in Nederland, ook in verschillende andere Europese landen gevestigd is. De Wavin-organisatie in Nederland bestond tot het begin van de negentiger jaren uit een aantal werkmaatschappijen die diverse kunststof producten zoals leidingsystemen, profielen, folieproducten, kratten en bakken maakten. Deze Wavin-bedrijven vormden een gezamenlijke financiële eenheid. Bij Wavin Nederland waren in totaal zo’n 1800 werknemers werkzaam.

Veel Wavin-bedrijven werkten projectmatig. Dit betekende dat tijden van grote drukte afgewisseld werden met tijden dat de productie op een laag niveau stond. Hiermee fluctueerde ook de vraag naar personeel. Periodes waarin de vraag naar producten zo groot was dat het moeilijk was om voldoende geschoold personeel te vinden, werden afgewisseld door periodes waarin er onvoldoende werk voor het personeel was. De Wavin-bedrijven produceerden verschillende producten en opereerden op verschillende markten met verschillende klanten. De vraag naar personeel varieerde per bedrijf. Zo kon het voorkomen dat het ene Wavin- bedrijf op hetzelfde moment teveel personeel had en een ander Wavin-bedrijf juist een tekort. Doordat de Wavin-bedrijven tot een groep behoorden en alle werknemers bij Wavin Nederland op de loonlijst stonden, was het echter vrij eenvoudig om personeel van het ene bedrijf naar het andere bedrijf over te plaatsen. Personeel hoefde niet ontslagen te worden en weer opnieuw te worden aangenomen. Omdat alle Wavin-bedrijven dezelfde arbeidsvoorwaarden kenden, behielden werknemers bij de overplaatsingen van het ene Wavin-bedrijf naar een ander Wavin-bedrijf hun volledige pakket van arbeidsvoorwaarden. Verzekeringen, zoals de ongevallenverzekering, de ziektekostenverzekering e.d. liepen gewoon door. De administratieve rompslomp voor de werkgevers en de werknemers bleef zo tot een minimum beperkt.

De grote mobiliteit van het personeel zorgde ervoor dat de bedrijven konden beschikken over een vast en goed opgeleid personeelsbestand. Dure reorganisaties als gevolg van een teruglopende productie, waarbij werknemers gedwongen ontslagen moesten worden, konden op deze manier voorkomen worden. Dit was zowel in het belang van de bedrijven als van de werknemers. Op deze manier is het personeelsbestand van bedrijven in het verleden wel eens tot de helft teruggebracht zonder dat er werknemers ontslagen hoefden te worden.

Doordat de werknemers een vast dienstverband hadden, konden voor deze werknemers langdurige opleidingsprogramma’s gemaakt worden zoals de Vapro-opleidingen. Op deze manier was het ook voor de werkgevers aantrekkelijk om door middel van opleidingen in hun mensen te investeren. Doordat er bij het totale Wavin-concern elk jaar een flink aantal jonge mensen in dienst kwamen, konden met scholen en opleidingsinstituten speciale afspraken gemaakt worden voor de opleiding van de Wavin-leerlingen. Opleidingen konden zo meer toegesneden worden op de behoeften van de Wavin-bedrijven.

De Wavin-bedrijven vormden met elkaar een groot concern. Dit had als voordeel dat indien een werknemer gedeeltelijk arbeidsongeschikt raakte en er bij het bedrijf waar hij op dat moment werkte geen andere geschikte arbeidsplaats voor hem was, er bij de andere Wavin-bedrijven gezocht kon worden om deze werknemer daar te herplaatsen. Op deze manier kwam het vrijwel nooit voor dat een gedeeltelijk arbeidsongeschikte werknemer ontslagen moest worden, omdat er voor hem geen passend werk meer was.

Uiteenvallen van de Wavin-groep in Nederland

De directie van Wavin ziet het produceren van kunststof leidingsystemen als haar hoofddoelstelling. Begin jaren negentig van de vorige eeuw is Wavin daarom begonnen met het afstoten van bedrijven die niet tot deze kerntaak behoorden. Dit waren onder meer de bedrijven die kratten, profielen, plastic folies of machines en gereedschappen maakten of zich bezig hielden met recycling of dienstverlening. Deze bedrijven werden verzelfstandigd of verkocht aan andere bedrijven. Door de verkoop of verzelfstandiging van een bedrijf ging het personeel dat in dat bedrijf werkzaam was, automatisch over van de loonlijst van Wavin Nederland naar de loonlijst van het betreffende bedrijf.

Door het uiteenvallen van de Wavin-groep kwam de mobiliteit van het personeel tussen de verschillende bedrijven in gevaar. Door de afname van de mogelijkheid om personeel tussen bedrijven over te plaatsen, zou de zekerheid van werknemers op betaald werk ook kunnen verminderen. De mogelijkheden voor herplaatsing bij reorganisaties of in geval van arbeidsongeschiktheid zijn bij kleinere bedrijven geringer dan bij een groot bedrijf. Indien elke werkgever verder zelf zaken als verzekeringen, opleidingen, werving van personeel e.d. zou moeten gaan regelen, verdwijnen namelijk bepaalde financiële schaalvoordelen die een groot concern heeft. Een groot concern kan immers bepaalde zaken goedkoper inkopen dan een klein bedrijf. In een vroeg stadium van de reorganisatie van de Wavin-groep werd daarom nagedacht hoe de verschillende voordelen toch behouden konden worden.